Uit het buitenland: China

0
2394
Van links naar rechts: Anda de Blecourt, Wieke IJbema, Evelien Meinders en Paula Bongertman

Planningsculturen verschillen per land, een gegeven dat in de opleidingen aan de FRW meerdere keren aan bod komt. In de masteropleidingen Sociale Planologie en Environmental and Infrastructure Planning wordt aan dit feit zelfs een compleet vak gewijd, namelijk Comparative Research and Planning Practice. De boodschap van dit vak is eenvoudig: als je als planoloog in het buitenland aan de slag wilt, is het belangrijk je bewust te zijn van verschillen in (plannings)culturen. Vanuit deze gedachte biedt Gert de Roo (vanuit de faculteit) in samenwerking met Peking University elk jaar aan maximaal 5 studenten de kans om een klein onderzoek uit te voeren in Beijing. Een mooie kans om je onderzoeksvaardigheden te ontwikkelen, te ervaren hoe het is in een andere cultuur onderzoek te doen en tegelijkertijd kennis te maken met China. Dit jaar kreeg ik, samen met Anda de Blecourt, Lucy Talens, Evelien Meinders en Paula Bongertman, de mogelijkheid naar Beijing te gaan. Sinds 9 december wonen wij dan ook in Beijing. We voeren onderzoek uit in twee groepen. Samen met Anda doe ik een ‘Jane Jacobs walk’ door Beijing. Jane Jacobs, onder andere bekend van haar boek The death and life of Great American Cities, zette in de jaren ’60 van de vorige eeuw de wereld van de planologie op haar kop met haar ideeën over vitaliteit en diversiteit. In haar boek formuleerde zij een aantal zaken die volgens haar aanwezig moeten zijn in een straat of wijk om te voorkomen dat de straat of wijk zich tot probleemgebied zal ontwikkelen. Aan de hand van haar ideeën (en de kritiek die op Jacobs is gegeven) proberen Anda en ik te kijken in hoeverre het huidige beleid van de Chinese overheid omtrent stadsontwikkeling tot problemen zal leiden in de toekomst en in hoeverre de ideeën van Jacobs bruikbaar zijn in een totaal andere cultuur dan de Westerse.

Peking University
Anda, Paula, Lucy, Wieke en Evelien samen met professor Bin Lu en zijn studenten.

Op het moment van schrijven zijn we inmiddels al twee weken in China en hebben we al enkele onderzoeksdagen achter de rug. Tijdens de eerste dagen voerden we gesprekken met studenten van Peking University en onze begeleider, Professor Lu. We bespraken onze onderzoeksvoorstellen en verkregen de nodige informatie over de verschillende districten van Beijing. Tevens voorzagen zij ons van wat algemene informatie over Beijing. Nuttige bijeenkomsten waarin we direct kennis konden maken met enkele cultuurverschillen op onderwijsgebied. Zo dient professor Lu ten alle tijde met ‘professor Lu’ te worden aangesproken en worden de studenten van Professor Lu enigszins opgedragen om ons rond te leiden op de campus, ons mee uit eten te nemen en op onze onderzoeksdagen mee te gaan naar de betreffende wijken. Hoe anders gaat het er aan toe op onze eigen faculteit. Ook is het heel normaal om tijdens een presentatie van een student rustig Candy Crush te spelen op je telefoon, door de spreker heen te praten of uitgebreid te bespreken vanuit welke hoek er even een foto gemaakt moet worden voor het verslag van ons bezoek aan de Peking University. Desondanks is het erg gezellig met de Chinese studenten en verkrijgen we nuttige informatie van ze waaruit nog eens blijkt dat de overheid niet dezelfde aanpak heeft als we in Nederland gewend zijn. Zo mogen auto’s met bepaalde cijfers in hun nummerbord op bepaalde dagen niet de binnenstad in (dit om de fileproblematiek aan te pakken), staan zelfs in kleine dorpen exact dezelfde flats als er in Beijing te vinden zijn en wordt er nog met regelmaat Feng Shui toegepast in de stadsplanning. Dat wil zeggen dat planners, door de ruimte op een bepaalde manier in te richten, proberen de chi (een onzichtbare, stromende kracht) positief te beïnvloeden en de ruimte te geven. Deze chi verbetert de kwaliteit van het leven indien er sprake is van een positieve chi maar kan ook negatief zijn. De locatie van een nieuw gebouw moet zorgvuldig worden gekozen. Voor een goede chi moet er water aan de voorkant van het gebouw zijn en bergen aan de achterkant. Ook moet het gebouw gericht zijn naar het zuiden, er mag geen sprake zijn van overbevolking in het gebouw, is er een voorkeur voor vierkante en rechthoekige vormen in het ontwerp en als er teveel wind is rondom het gebouw blaast de chi weg. Een gebouw met een positieve chi ligt tevens niet te dicht bij een tempel (anders is er teveel energie in het gebied), niet te dicht bij een gevangenis (hier is teveel negatieve energie), niet aan het einde van een straat en staat ook niet tegenover een gebouw met een scherpe hoek die naar het eigen gebouw is gericht. Al deze zaken (en nog vele andere zaken) zijn onderdeel van de Feng Shui. Het is een overblijfsel van een zeer oude traditie en dan ook terug te vinden op veel historische plekken, bijvoorbeeld in het ontwerp van de Verboden Stad.

De Verboden Stad
De Verboden Stad, slecht zichtbaar door de smog.

Voor ons onderzoek lopen we voornamelijk rond in de verschillende wijken van de stad en observeren we hoe de wijk is opgebouwd. We bezochten bijvoorbeeld het Central Business District waar gelijk duidelijk werd dat er nog steeds erg veel wordt gebouwd in Beijing. We zagen meerdere plekken waar wolkenkrabbers (kantoren) uit de grond werden gestampt en kwamen slechts een enkel gebouw tegen dat ouder leek te zijn dan 10 jaar. We vermoedden dat deze gebouwen er niet lang meer zullen staan; ze worden beetje bij beetje ingesloten door nieuwe kantorenpanden. Het CBD is duidelijk voor het gebruik van de auto ontworpen, bevat tientallen Shopping Malls en biedt geen ruimte voor ‘de gewone mens’. Jane zou zich waarschijnlijk omdraaien in haar graf.

Het CBD staat in schril contrast met de traditionele hutong wijken. Dit zijn nauwe steegjes, omgeven door muren waarin grote rode deuren prijken. Achter deze rode deuren zitten nog kleinere steegjes waaraan de voordeuren van de woningen liggen, de courtyard. Hier kom je echter alleen als je zelf bewoner bent van een woning in een hutong. De hutongs zijn een wirwar van straatjes, lange woonblokken en als je een steegje induikt weet je eigenlijk nooit waar je uitkomt. Het gemeenschapsgevoel is er groot, ons kent ons en als toerist val je er enorm op. Sommige bewoners hebben de voorkamer van hun woning omgebouwd tot een winkeltje en het leven kabbelt er rustig voort. De gebouwen zijn oud, met de auto is er eigenlijk geen beginnen aan en in de meeste straten is het levendig. Er zijn echter nog maar weinig hutongs over. Veel traditionele wijken zijn gesloopt en de woningen hebben plaats gemaakt voor hoge flats en commerciële gebouwen. Inmiddels erkend de overheid de waarde van de hutong wijken en wordt een enkele hutong beschermd of omgebouwd tot toeristisch centrum zoals de hutong rondom de straat Nanluoguxiang. Het gebied rondom Nanluoguxiang is gerenoveerd, de straten zijn schoon en menig bewoner beschikt tegenwoordig over elektriciteit en sanitair. Dit lijkt vanzelfsprekend maar dat is het niet; met name de hutongs in de zuidelijke delen van de stad (ten zuiden van de Verboden Stad) zijn oud en vervallen en de levensstandaard is hier absoluut niet te vergelijken met de noordelijke hutongs. De woningen beschikken niet over eigen sanitair maar moeten hiervoor naar de overal aanwezige ‘public toilets’. De renovatie van deze hutongs hoeft niet per se gezien te worden als verbetering van het gebied. Het nieuwe commerciële karakter doet afbreuk aan het oude karakter van deze wijken, het stukje cultuur en de sfeer. We vermoeden dat Jane over beide varianten van de hutong (oud en modern) niet tevreden zou zijn; het oude was eenzijdig maar het nieuwe is eveneens eenzijdig en niet divers.

DSCN2493
Tai Chi beoefenaars in één van de vele parken van Beijing.

Opvallend in Beijing is de wijze waarop parken worden gebruikt. Hier lijkt het leven zich daadwerkelijk af te spelen. Ook in de winter met een gevoelstemperatuur van -6 graden. Tijdens een wandeling door Beihai park zien we een aantal vrouwen sierlijke bewegingen maken en stoppen even om naar de uitvoering van Tai Chi te kijken. Op een afstandje van dit schouwspel spelen een aantal mannen een bordspel dat we al een aantal keren voorbij hebben zien komen maar waarvan we nog steeds niet weten wat voor spel het is. Even verder op worden de tafeltennistafels actief gebruikt door een aantal jongeren en weer even verder op staan grote groepen mensen te dansen op de Chinese keelklanken van een wat oudere man in een strakke leren broek en met een hippe zonnebril. Het park bruist, er is genoeg te doen en voor ons Westerlingen ook genoeg te zien. We kunnen het ons niet voorstellen dat dergelijke praktijken zich in het Noorderplantsoen voor zouden doen, maar concluderen dat Jane het erg graag zo zou zien!

De suburbs van Beijing worden gekenmerkt door een herhaling van dezelfde flats, vaak geclusterd in een aantal gated communities. Desondanks lopen wij er als toeristen makkelijk naar binnen. Tijdens het bezoek vroeg ik aan de student die ons begeleide uit hoeveel personen een gemiddeld huishouden bestaat in deze wijk. Het antwoord is drie. Even ben ik hierover verbaasd, tot de eenkindpolitiek logischerwijs ter sprake komt. De student vertelt dat hij zelf wel uit een groter gezin komt. Zijn ouders moeten hier echter wel een behoorlijke boete voor betalen. Omdat de bewoners van deze gated communities vrijwel allemaal in de binnenstad van Beijing of elders werken, zijn de straten van de wijk zo goed als verlaten. Wellicht heeft de gevoelstemperatuur van -10 graden hier ook bijgedragen aan de leegheid van de wijk. De wijk is een mooi voorbeeld van een wijk uit een slaapstad.

Op het moment van schrijven is ons onderzoek nog lang niet afgerond. Tegen de tijd dat dit artikel te lezen zal zijn, zullen we echter weer terug zijn in Nederland om de resultaten te verwerken tot een verslag. Natuurlijk hangen we, tussen het data verzamelen door, ook de toerist uit. Zo hebben we de Verboden Stad en het Zomerpaleis bezocht, de Chinese Muur beklommen, ons vermaakt in de toeristische hutongs en hebben we door enkele van de vele parken die Beijing rijk is gewandeld. Souvenirs worden volop ingeslagen, net als de mondkapjes tegen de toenemende smog. Voorlopig zullen we ons nog prima vermaken maar ik kan er ook wel naar uitkijken terug te keren naar het kleine, compacte Groningen waar de lucht zuiver is en we (hopelijk) de zon weer aan de hemel kunnen zien staan.