Anno 2015 weten we immens veel van de wereld om ons heen. Duizenden jaren van geografisch onderzoek brengen onze kennis van de aarde op het punt dat we met behulp van GPS de afstand van punt A naar punt B tot op de millimeter nauwkeurig kunnen bepalen. Het alom aanwezige internet zorgt ervoor dat deze schat aan aardrijkskundige informatie, die door de tijd heen is verzameld,  eenvoudig voor iedereen beschikbaar is. Niet eerder begrepen de mensen zo veel over de wereld waarin ze leven. Dit was in vroegere tijden heel anders.

Dit artikel zal het eerste zijn in een reeks waarin ik uiteen zal zetten hoe de geografie zich door de menselijke geschiedenis heen ontwikkeld heeft. Van de oudste bewaard gebleven wereldkaart tot de verkenning van de diepste gedeeltes van de oceanen: het zal allemaal aan bod komen. Zoals de titel al verklapt zal dit eerste deel gaan over de Oudheid. Vervolgens zal ik alle tijdperken langsgaan en bekijken hoe de geografie zich verder heeft ontwikkeld. Deze artikelen zullen de volgende tijdperken behandelen:

Deel I: De Oudheid
Deel II: De Middeleeuwen
Deel III: De Renaissance
Deel IV: 1800-1900
Deel V: 1901 tot nu
Deel VI: De toekomst

In de prehistorie werd de aarde al bestudeerd door de mensen, maar dit ging, voor zover wij weten, niet verder dan het afbeelden van de directe omgeving in rotstekeningen. Het schrift was nog niet ontwikkeld in deze tijd, waardoor het lastig is de interpretatie van geografie in deze tijd te analyseren. Daarom wordt de prehistorische tijd achterwege gelaten en zal de zoektocht door de geschiedenis van de geografie beginnen bij de Oudheid.

De Babyloniërs                                                                                                                                                             De Babyloniërs waren de eersten waarvan bewijs is gevonden dat ze echt bezig waren de wereld in kaart te brengen. Deze beschaving is dan ook de maker van de oudste bewaard gebleven ‘wereld’kaart.

Deze wereldkaart geeft een beeld van wat ongeveer nu het land Irak is. In figuur 2 wordt Babylon afgebeeld op nummer 13. Ook andere kenmerken van de regio zoals gebergtes (nummer 1) en andere Babylonische steden ( nummers 2 en 11) zijn hierop afgebeeld. De Babyloniërs hadden in de negende eeuw voor Christus, zoals je misschien zult verwachten, nog geen goede voorstelling van de wereld. De ring van nummer 14 tot en met 17 beeldt een oceaan uit, met daarbinnen de voor hen bekende wereld. Dit is onjuist, maar desalniettemin geen slechte poging voor die tijd.

De Grieken                                                                                                                                                               Voor velen is Homerus een bekende naam. Deze Griekse dichter is de schrijver van de Odyssee en de Ilias. Deze twee epische gedichten beschrijven de strijd om Troje, een oude stad in het Noordwesten van Turkije, evenals de omzwervingen die Odysseus, een Griekse legeraanvoerder, na deze oorlog maakte (figuur 3). Een groot deel van deze verhalen zijn fictie en dus niet voor waarheid aan te nemen, maar ze bevatten ook een schat aan accurate geografische informatie. Hieruit blijkt dat de Grieken in de achtste eeuw voor Christus al veel wisten over de Middellandse Zee. [1]

De Grieken waren de eersten die wetenschap gebruikten om geografische kenmerken te beschrijven. Zo voorspelde Thales van Milete in 585 voor Christus aan de hand van astronomische en wiskundige regels een zonsverduistering, waarmee een einde kwam aan de Slag bij de Halys. Deze werd gevoerd tussen de Meden, een Iraanse stam, en de Lydiërs, een Turks volk. Tijdens dit gevecht deed zich deze zonsverduistering voor. De dag werd nacht en de bijgelovige soldaten raakten in paniek. De legeraanvoerders zagen dit als een teken dat de goden het gevecht beëindigd wilden zien. De datum van deze zonsverduistering kan je ook nu nog precies uitrekenen. Dit is daardoor de vroegste historische gebeurtenis waarvan we de exacte datum weten.

Ook beredeneerden de Grieken als eerste dat de aarde rond was en zeilden ze als eerste om Groot-Brittannië heen. Het was dan ook een Griek die als eerste de omtrek van de wereld (tot op zekere hoogte) correct had berekend. Het was bij de Grieken algemeen bekend dat de Aarde rond was. Geografisch (maar ook in andere aspecten) een zeer belangrijke beschaving voor de mensheid dus!

De Romeinen
Een andere belangrijke beschaving in de Oudheid was natuurlijk de Romeinse beschaving. De Romeinse Griek Strabo is de auteur van het 17-delige boekwerk ‘Geographika’. Hierin worden verschillende Europese, Afrikaanse en Aziatische beschavingen beschreven. Hij beschrijft waar ze leven, wat hun cultuur is, hoever hun kennis gaat en vele andere interessante feiten. Je zou dus kunnen zeggen dat de Geographika de eerste echte encyclopedie is. Strabo schreef dit allemaal op aan de hand van een rijke bronnenverzameling die voor het grootste gedeelte verloren is gegaan. Veel van wat we nu weten over de Oudheid komt uit Geographika, die dateert uit de periode dat volgens de Christenen Jezus is geboren.

Ook Julius Caesar komt in Geographika voor. Caesar schreef zijn boek ‘Commentari de belli Gallico’ tijdens zijn veldtochten in Gallië, Germanica en Britannia. Door dit boek weten we enorm veel van de toenmalige cultuur van de stammen in deze gebieden. Hij schreef in detail over de gebruiken, gewoontes, normen en waarden van deze mensen, en ook gaf hij een beschrijving van het dagelijks leven dat zich daar afspeelde. Hierdoor weten we ook dat culturen sterk veranderden als ze in het Romeinse Rijk werden opgenomen. Ze werden geromaniseerd.

 Het ‘Imperium Romanum’ strekte zich in haar hoogtijdagen van de Rots van Gibraltar tot Israël en van Groot-Brittannië tot Libië uit.  Het is een van de grootste beschavingen die onze geschiedenis rijk is. Een land van zo’n omvang heeft een omvangrijke infrastructuur nodig, voornamelijk om de militairen te transporteren die in een uithoek van het rijk een opstand de kop in moesten drukken. De Romeinen hadden dan ook mensen in dienst die  verantwoordelijk waren voor de infrastructuur. Deze mensen kunnen gezien worden als de eerste beroepsgeografen.  Voorheen waren mensen die met geografie bezig waren vaak filosofen of wiskundigen. De zogeheten ‘Grommatici’ hadden als gezamenlijke taak om een zo kort mogelijke route te bepalen van punt A naar punt B. Ze konden banen bepalen die tot wel 50 kilometer recht liepen. Dit deden ze met behulp van zonnewijzers en theodolieten. Met deze instrumenten kan je verticale en horizontale hoeken meten, waardoor rechte lijnen relatief makkelijk bepaald kunnen worden.  Deze zogeheten heirbanen waren revolutionair voor deze tijd. Buiten grotere steden waren er nauwelijks verharde wegen. De nieuwe wegen zorgden dan ook voor een geweldige kosten- en tijdsreductie bij alles wat met transport te maken had.

Met de val van het Romeinse Rijk eindigde ook de Oudheid. In het volgende artikel: de Middeleeuwen

[1]

Gisèle Mounzer van Esri heeft een interactieve GIS-kaart met betrekking tot deze reis gemaakt. Erg leuk om even te bekijken.

http://esripm.maps.arcgis.com/apps/MapTour/index.html?appid=4fc9153f4d9248b9bab7011e3950b552&webmap=962ca9da38bf4c5e9439a6acf3dd1b3e#

LEAVE A REPLY

Please enter your comment!
Please enter your name here

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.